Actueel
June 17, 2025

Van gymzaal tot beleid: hoe het Stedelijk College Eindhoven beweging serieus neemt

“We zijn wie we zijn. Als we niet winnen is het goed, en als het wel zo is, dan is het supervet.” Zo begon het avontuur van het Stedelijk College Eindhoven (Vmbo-locatie, Oude Bossche Baan) bij de Beweegrijke School Award. Met een gezonde dosis realisme en een flinke portie passie voor bewegen reisde gymdocent Mathijs Rosielle samen met zijn collega’s naar de finale. En ja: ze gingen met de hoofdprijs naar huis. Maar achter die overwinning zit meer dan enthousiasme. Het Stedelijk College laat zien hoe je beweging niet alleen organiseert, maar verankert in je onderwijs.

Van gymzaal tot beleid: hoe het Stedelijk College Eindhoven beweging serieus neemt

Tot wel zeven uur sport per week

Leerlingen op het Stedelijk College krijgen meer gymles dan de gemiddelde school. Standaard volgen de in de onderbouw leerlingen hier namelijk vier uur gym per week en de bovenbouw 2 uur in de week. Daarnaast kunnen zij via keuzemodules tot drie extra sporturen toevoegen. “In de onderbouw kunnen leerlingen kiezen tussen verbreding of verdieping,” legt Mathijs uit. “Bij verbreding doen ze elke week een andere sport—van boogschieten tot klimmen. Bij verdieping richten ze zich een langere periode op één sport, bijvoorbeeld voetbal.”

In de bovenbouw is er bovendien een speciaal keuzevak waarin leerlingen ontdekken of het beroep van gymdocent iets voor hen is. Daarmee is sport op deze school niet iets wat ‘erbij’ komt, maar een volwaardige pijler in het onderwijsaanbod.

Bewegen in de klas: De move breakers

Ook buiten de gymzaal blijft beweging een terugkerend thema. Om beweging op school te stimuleren, ontwikkelde het team zogenaamde move breakers: korte fysieke opdrachten op kaartjes, bedoeld voor gebruik tijdens en buiten de lessen.

“Het zijn geen baanbrekende uitvindingen,” zegt Mathijs, “Maar ze werken goed. Sommige collega’s zijn sceptisch, anderen gaan er meteen mee aan de slag. Wij geven op studiedagen workshops om die drempel te verlagen.”


Pauzesport en -spel: samenwerking met het buurthuis

Een ander aandachtspunt is pauzesport. “We hebben jaren gezocht naar de juiste vorm,” vertelt Mathijs. “Dit jaar hebben we iets nieuws.”

In samenwerking met buurthuis Pitstop, dat naast de school ligt, worden sportactiviteiten tijdens de pauze bedacht en begeleid. “Wij maken de opzet, zij doen de begeleiding. Zodat wij pauze kunnen houden, maar wel weten dat de uitvoering past bij onze leerlingen. Bovendien komen de spelletjes ook terug inde gymlessen, dus het blijft aan elkaar verbonden”.

Van idee naar beleid: Eigen plan

Wat deze school onderscheidt, is de borging van beweging. “Een paar jaar geleden hebben we als vakgroep een eigen plan geschreven, met hierin onze visie en doelen” zegt Mathijs. “Dat plan is gekoppeld aan het schoolplan en goedgekeurd door de directie. Het is onze blauwdruk geworden.”

Dit biedt niet alleen structuur, maar ook legitimiteit. Als het team iets wil—extra uren, budget of ruimte—kunnen ze teruggrijpen op het plan. Dat maakt beweging geen incidenteel succes, maar duurzaam beleid.

Collega’s meenemen in het verhaal

Met dertien gymdocenten in de vakgroep is samenwerking essentieel. Jaarlijks formuleren ze samen doelen en verdelen ze zich in werkgroepjes. Collega’s kiezen waar ze energie van krijgen. De één organiseert naschoolse sport, de ander denkt na over nieuwe sportdagen. “Die vrijheid binnen een gezamenlijke missie werkt heel goed,” aldus Mathijs.

En ook buiten de vakgroep groeit het draagvlak. “We zien nu groepjes leraren ontstaan die meer met beweging doen in de klas. Die proberen we te ondersteunen via studiedagen en workshops.”

Tips van Mathijs Rosielle

  1. Begin bij jezelf. "Zorg dat je gymlessen van hoge kwaliteit zijn. Alles begint daar."
  2. Zet het op papier. "Maak een plan, koppel het aan het schoolbeleid en vraag de directie om instemming. Zo heb je iets om op terug te vallen."
  3. Werk samen. "Vorm een vakgroep met kartrekkers, stel doelen en geef collega's ruimte om bij te dragen op hun manier.

Beweging als schoolcultuur

Wat het Stedelijk College Eindhoven laat zien, is dat een beweegvriendelijke school niet ontstaat door losse initiatieven. Het vraagt visie, samenwerking én borging. En vooral: de overtuiging dat bewegen onderdeel is van goed onderwijs.

Die overtuiging beperkt zich overigens niet tot de leerlingen. Ook voor collega’s is er ruimte voorbeweging. Al meerdere jaren wordt op school personeelssport georganiseerd. Gemiddeld twee keer per zes weken wordt een sport verzorgd door een collega zelf. ''Zo nemen we elkaar mee in elkaars sporten. Vorige week hadden we bijvoorbeeld een golfclinic, superleuk!"

Bewegen is hier dus niet alleen verankerd in het curriculum, maar leeft ook in de schoolcultuur – bijleerlingen én personeel.

Zoals Mathijs het samenvat: “Je moet het niet zien als extraatje. Het moet ín je school zitten

Mathijs Rosielle in actie